Graaf Engelbrecht vindt het belangrijk dat leerlingen ontdekken, zich ontwikkelen en ergens in uitblinken. De kwaliteit van ons onderwijs en de goede ondersteuning die we bieden zijn terug te zien in onze schoolprestaties.

Periodes 

In de onderbouw kent Graaf Engelbrecht vier onderwijsperiodes van ongeveer 9 weken. Aan het einde van iedere periode is er een centrale toetsweek. Voor de examenleerlingen (4 mavo, 5 havo en 6 vwo) zijn er drie periodes die we afsluiten met een toetsweek. In periode 4 nemen we het centraal examen af. 

Programma van toetsing en afsluiting 

Voor de bovenbouw wordt aan het begin van het schooljaar (1 oktober) voor ieder vak en leerjaar een programma van toetsing en afsluiting (PTA) vastgesteld en gepubliceerd in ELO in Magister. Hierin wordt opgenomen wat getoetst wordt (de leerstof), wanneer getoetst wordt (weekaanduiding) en op welke wijze de toetsen worden gewogen (zie rapportberekening van een leerjaar). Ouders en leerlingen van PTA-klassen worden jaarlijks aan het begin van het schooljaar door de examensecretaris voorgelicht. 

Toetsing

In de onderbouw kent Graaf Engelbrecht vier toetsvormen: 

• voortgangstoets (VT)
• verstevigde voortgangstoets (VVT)
• overhoringen (OV)
• praktische opdrachten (PO)

In de bovenbouw komen er een aantal toetsvormen bij op voorbereiding van de Centraal Examens. De bovenbouw kent de volgende toetsvormen:

• eindexamentoets (ET)
• voortgangstoets (VT)
• verstevigde eindexamentoets (VET)
• overhoringen (OV)
• handelingsdelen (HA)
• praktische opdrachten (PO)

Voortgangstoets

Onder voortgangstoetsen vallen theorietoetsen over een groter deel van de leerstof, werkstukken, presentaties, boek- en filmverslagen en kijk- en luistertoetsen. Deze toetsen zijn uniform (docentonafhankelijk). 

Verstevigde voortgangstoets

In een verstevigde voortgangstoets worden de belangrijkste leerdoelen van een periode getoetst. De resultaten van de verstevigde voortgangstoets kunnen aanleiding zijn voor verplichte extra ondersteuning.

Overhoring 

Een overhoring is een mondelinge of schriftelijke toets over een kleine hoeveelheid leerstof. 

Praktische opdracht

Praktische opdrachten zijn opdrachten die onderdeel uit- maken van het schoolexamen en tellen al dan niet mee voor het jaarcijfer.

eindexamentoets

Verstevigde eindexamentoets 

In een verstevigde eindexamentoets (VET) worden de belangrijkste leerdoelen van het betreffende eindexamen- onderdeel getoetst. De resultaten voor deze toetsen kunnen aanleiding geven voor het indelen van de leerling bij verplichte ondersteuningslessen. De onderdelen ET (eindexamentoets) en VET tellen mee in de opbouw van het examendossier. 

Handelingsdelen 

RtTI-MODEL

In de onderbouw neemt de docent eenmaal per periode een voortgangstoets op basis van het RTTI-model af. RTTI staat voor: Reproduceren, Toepassen van kennis op eerder geoefende situaties, Toepassen van kennis in nieuwe situaties en Inzicht. Door over deze verschillende gebieden vragen in de toets op te nemen krijgen docenten, leerlingen en ouders niet alleen een cijfer te zien voor de toets, maar geeft het hen ook meer inzicht in het ‘leren leren’. Deze manier van toetsen geeft extra informatie aan de docenten zodat ze leerlingen op uitvalgebieden bij kunnen sturen. Deze informatie is ook in te zien door ouders en leerlingen via het online RTTI-programma. Hiervoor krijgen leerlingen een inlogcode. Binnen de talen wordt in plaats van RTTI de methodiek van ERK op soortgelijke manier gebruikt. De resultaten van de verstevigde eindexamentoets verwerken we in het online RTTI-programma (reproductie, toepassen en inzicht). Dit vindt plaats in periode 1, 2, 3 en 4.

Inhalen

Leerlingen die een toets hebben gemist, dienen zelf het initiatief te nemen om deze toets in te halen. Hiervoor maken ze een afspraak met de betreffende docent. Het inhalen van toetsen vindt veelal plaats in de mediatheek. 

Profielwerkstuk 

Het profielwerkstuk is een meesterproef waarmee de leerling laat zien wat hij op school geleerd heeft met betrekking tot zijn algemene vaardigheden. Dit zijn vaardigheden die een leerling bij alle vakken nodig heeft en die later tijdens zijn vervolgopleiding goed van pas komen. Het gaat om vaardigheden zoals samenwerken, zelfstandig werken, plannen en het raadplegen en verwerken van informatiebronnen. 

Profielwerkstuk mavo

Op de mavo gaan leerlingen gedurende de activiteitenweek op school en onder begeleiding aan de slag met een zelfgekozen onderwerp. Het uiteindelijke werkstuk kan verschillende vormen hebben: een verslag, een collage, een folder, een PowerPoint- presentatie, een fotoreportage, een website of een filmpje. Dit werkstuk dient een leerling altijd schriftelijk toe te lichten.

Profielwerkstuk havo en vwo 

Bij het profielwerkstuk voor havo en vwo ligt – naast de algemene vaardigheden – het accent op onderzoek en bestaat bijvoorbeeld uit het uitvoeren van een historisch, economisch of natuurwetenschappelijk onderzoek, een business project bij bedrijfseconomie, een kunstproject bij kunst (drama), het ontwikkelen van een applicatie of een webpagina bij informatica of het maken van een architectonisch ontwerp bij wiskunde. Leerlingen kunnen het profielwerkstuk op verschillende manieren presenteren: in de vorm van een verslag, een maquette, een computer- programma, een toneeluitvoering, een film of een website. Leerlingen leggen de totstandkoming en de resultaten van het profielwerkstuk vast in een verslag. Om leerlingen structuur en houvast te geven, zijn er tussentijdse deadlines en organiseren we profielwerkstukmiddagen. De eindproducten laten leerlingen zien aan ouders, klasgenoten en docenten. 

Scholen op de kaart 

Op www.scholenopdekaart.nl vindt u nog meer informatie en gegevens over onze school, waaronder de resultaten en slagingspercentages.